
Voor volwassenen
Een logopedist helpt ook volwassenen met uiteenlopende logopedische hulpvragen.
Als je veel moet spreken of presenteren voor je werk, kun je aan het eind van de dag hees zijn of keelpijn hebben.
Ook bij longaandoeningen of hyperventilatie wanneer de ademhaling gespannen is en je onvoldoende controle hebt over de ademhaling.
Herstel na een beroerte (CVA) kan leiden tot moeite met het begrijpen van taal en het spreken. Of denk aan kunstmatige beademing vanwege een operatie. Dit kan schade aan de ademhaling of stembanden veroorzaken. Logopedie helpt bij het herstellen van een gezonde ademhaling, stemgebruik, spreken en slikken.
Tijdens de behandeling van volwassenen wordt er naar gestreefd om zo optimaal mogelijk aan te sluiten bij de dagelijkse situatie, het beroep en de interesses.
Er worden tips, adviezen en oefeningen meegegeven, die toepasbaar zijn in de dagelijkse situatie. We evalueren wekelijks de voortgang.
Hieronder vind je een overzicht van de meest voorkomende logopedische klachten bij volwassenen:
Spraak, taal, stem, adem, spanning in hoofd-halsgebied, slikken, Parkinson

Spraak
We spreken in zinnen die bestaan uit woorden, lettergrepen en letters. Elke letter heeft zijn eigen klank. Woorden bestaan uit verschillende klanken achter elkaar. Volwassenen kunnen te maken krijgen met stoornissen in de spraak waarbij spraakklanken worden vervangen, weggelaten en/of vervormen en de verstaanbaarheid afneemt.
Dysartrie
Dysartrie is een spraakstoornis die ontstaat door schade aan het zenuwstelsel. Hierdoor werken de spieren die nodig zijn voor ademhaling, stem en uitspraak niet goed. Oorzaken van dysartrie kunnen een beroerte (CVA), een hersentumor, een ongeval, spierziekten (bijv. ALS) of neurologische ziekten (bijv. Parkinson) zijn.
Mensen met dysartrie hebben vaak moeite met praten, omdat ze moeilijk te verstaan zijn. Dit komt door een onduidelijke uitspraak, een zachte of hese stem of een nasale of monotone stem. Bij dysartrie door een beroerte kan een verlamming aan één kant van het gezicht optreden, waardoor de gezichtsuitdrukking verandert. Ook kunnen er problemen zijn met slikken of speekselverlies.
In de behandeling wordt gewerkt aan het beter verstaanbaar maken van de spraak. Er wordt geleerd om je eigen mogelijkheden zo goed mogelijk te gebruiken. De behandeling kan gericht zijn op het verbeteren van de houding, mondbewegingen, uitspraak, ademhaling en stem. Ook kunnen er adviezen gegeven worden aan familieleden en vrienden, zodat de communicatie beter verloopt.


Verbale apraxie
Bij het spreken zorgen de hersenen ervoor dat een aantal handelingen na elkaar uitgevoerd kunnen worden. Eerst moet je weten wat je wil gaan zeggen. Dan hoe je dat gaat zeggen. Daarna gaat er een signaal van de hersenen naar de spieren in het gezicht om de juiste klanken tot woorden en zinnen te kunnen maken. Bij verbale apraxie werkt de planning voor spraak niet goed. De spieren functioneren normaal, maar het aansturen van de spieren is het probleem, vaak door hersenletsel zoals een beroerte of hersenschade door een ongeluk. Het grootste kenmerk van verbale apraxie is het zoeken naar de juiste articulatie van klanken. Iemand kan dan moeite hebben om het juiste woord te vinden en raakt vaak ver van het bedoelde woord.
De ernst van verbale apraxie varieert. Het kan gaan van niet kunnen spreken tot af en toe lichte problemen met uitspraak. Het kan ook samen voorkomen met afasie of dysartrie. De logopedist onderzoekt de spraak, verstaanbaarheid en mondmotoriek. Soms is verder onderzoek door een arts nodig. Bij ernstige verbale apraxie kan een alternatief communicatiemiddel nodig zijn. De logopedist geeft ook advies aan de omgeving van de cliënt om de communicatie te ondersteunen.
Stotteren
Stotteren is een verstoring in de vloeiendheid van spreken en komt voor bij zo'n 60 miljoen personen wereldwijd. Klanken of lettergrepen worden herhaald of verlengd, of met veel spanning uitgesproken.
Dit kan gepaard gaan met zichtbare symptomen, zoals bewegingen in het gezicht of lichaam, ademhalingsproblemen en zichtbare spanning.
Daarnaast kunnen er verborgen symptomen zijn, zoals angst om te spreken, vermijdingsgedrag en gebrek aan zelfvertrouwen. Stotteren kan de communicatie en het zelfbeeld flink verstoren.
De oorzaak van stotteren is vaak erfelijkheid en uit zich in een verstoring van spraakprocessen zoals ademhaling, stem en uitspraak.
Bij volwassenen bij wie het stotteren zich al verder ontwikkeld heeft, richt de behandeling zich meer op het totale probleem waarbij emoties, gedachten en de omgeving een grotere rol spelen. Behandeling van stotteren voor volwassenen, kan het beste aangepakt worden door een stottertherapeut. Meer informatie over stotteren is te vinden op www.stotteren.nl.
Klik hier om een stottertherapeut in de buurt te vinden.


Broddelen
Broddelen is een spraakstoornis die je herkent aan niet-vloeiende, moeilijk verstaanbare spraak. De uitspraak is slordig, het spreektempo is vaak te snel, en woorden kunnen door elkaar gehaald worden, zoals ‘tevisie’ in plaats van ‘televisie’. Er zijn ook veel herhalingen van woorden of klanken, en het kan moeilijk zijn om gedachten goed te verwoorden, zowel mondeling als schriftelijk.
Broddelen kan samen gaan met hyperactiviteit en slechte concentratie, maar dit is niet altijd het geval.
De luisteraar heeft vaak moeite om de broddelaar te verstaan. De persoon die broddelt merkt wel dat er iets mis is met zijn spreken, maar weet meestal niet wat het is. Het lijkt soms op stotteren, maar het verschil is dat broddelaars de fouten meestal niet zelf merken, terwijl stotteraars dat wel doen.
De oorzaak van broddelen ligt vaak in een onvoldoende rijping van het zenuwstelsel, wat zorgt voor een onregelmatige spraak en taal. Broddelen kan vaak voorkomen bij meerdere personen in de familie. Het kan meestal pas op latere leeftijd, na een ruim voltooide taalontwikkeling worden vastgesteld.
Bij volwassenen kan broddelen de carrière beïnvloeden, vooral als spreken belangrijk is. De behandeling richt zich op het bewust worden van de eigen spraak, uitspraaktraining, het verbeteren van de formulering en ritme- en intonatietraining. Bij complexere broddelproblematiek kan doorverwijzing naar een stottertherapeut nodig zijn. Het resultaat hangt af van de ernst van het broddelen, de inzet en motivatie.
Taal
Afasie
Afasie is een taalstoornis die ontstaat door hersenletsel meestal in de linkerhersenhelft. Denk hierbij aan een beroerte, ongeval, een hersentumor of een andere hersenaandoening. Afasie zorgt voor problemen met spreken en begrijpen van gesproken taal, wat communicatie moeilijk maakt. Hoe ernstig de afasie is, hangt af van het hersenletsel, het vroegere taalvermogen en de gezondheid van de persoon. Sommige mensen begrijpen taal goed, maar hebben moeite met het vinden van woorden of het maken van zinnen. Anderen kunnen veel spreken, maar wat ze zeggen is moeilijk te begrijpen. Ook begrijpen ze vaak alleen belangrijke woorden, wat tot misverstanden leidt.
Lezen en schrijven kan ook lastig zijn. Het kan moeilijk zijn om een boek te lezen of ondertiteling te volgen. Schrijven kan problemen opleveren, zoals het noteren van boodschappen. In de eerste drie tot zes maanden na het hersenletsel is veel logopedie belangrijk. Dan wordt het meeste herstel verwacht.
De behandeling is gericht op het verbeteren van spreken, lezen, schrijven en begrijpen. Ook leert de logopedist hoe de patiënt en zijn omgeving beter met elkaar kunnen communiceren. Indien nodig kan een communicatiehulpmiddel worden voorgesteld.
Meer informatie over afasie:
www.afasiecentrum.nl, www.afasie.nl of
www.hersenletsel.net


Stem
Iedere stem is persoonlijk. Het is je eigen geluid en geeft uiting aan wie je bent als persoon. De stem wordt ook vaak gezien als de spiegel van emoties. Iedere stem is uniek.
Heesheid en schorheid
Bijna iedereen heeft wel eens keelklachten, bijvoorbeeld tijdens een verkoudheid of na een feestje. Maar als stemklachten langer aanhouden, dan kan dit veel invloed hebben op het dagelijks leven, werk en hobby’s.
Bij verkeerd gebruik van de stem kunnen klachten ontstaan, zoals een vermoeide of schorre stem, een kriebel in de keel of het gevoel dat er iets in de keel zit. Langdurig verkeerd stemgebruik kan leiden tot stembandproblemen zoals stembandknobbels, poliepen of andere afwijkingen op de stembanden. Het kan nodig zijn dat de KNO-arts meekijkt naar de oorzaak van de aanhoudende stemproblemen. Logopedie is gericht op het leren hoe je je stem optimaal kunt gebruiken.
We kunnen technieken zoals Manuele Larynxfacilitatie (MLF) toepassen in de behandeling.


Stembandverlamming
Een stembandverlamming kan ontstaan door zenuwbeschadiging door een ongeval, operatie of virusinfectie, of door een beroerte. Soms is de oorzaak onbekend. De gevolgen hangen af van hoe de stilstaande stemband trilt en of één of beide stembanden zijn aangedaan. De KNO-arts bekijkt hoe de stembanden staan en verwijst naar de logopedist.
Met de resultaten en de gegevens van de KNO-arts beoordeelt de logopedist of de stemkwaliteit door middel van adem- en stemoefeningen te verbeteren is. Dit hangt af van het type verlamming en de positie van de stilstaande stemplooien.

Adem
De meeste mensen denken nooit na over hun ademhaling, behalve misschien tijdens een verkoudheid of bij het sporten. We ademen zonder erover na te denken zo'n 2500 keer per dag en ademen gemiddeld 12 keer per minuut, wat in 24 uur tijd meer dan 8000 liter lucht is.
De ademhaling is essentieel, zowel in rust, bij het spreken als tijdens inspanning. Bij een goede ademhaling maak je gebruik van de borstkas, luchtpijp, longen en buikspieren. Wanneer de ademhaling niet optimaal functioneert, kunnen er verschillende klachten ontstaan zoals hyperventilatie, benauwdheid of stem- en longproblemen, die vaak voelbaar zijn op de borst. Het leren van een goede ademtechniek met een juiste adem-stemkoppeling is dan van belang, zodat je op een meer ontspannen en efficiënte manier kunt ademen.
Hyperventilatie
Hyperventilatie kan behoorlijk beangstigend zijn. Vooral het gevoel dat je geen lucht krijgt. Dit kan de angst vergroten.
Bij hyperventilatie neem je te veel zuurstof op en verlies je te veel CO2, waardoor de samenstelling van het bloed verandert en klachten ontstaan. Hyperventilatie kan optreden als een plotselinge aanval (acute vorm) en als een vrijwel constante manier van ademen (chronische vorm).
Veel voorkomende symptomen zijn duizeligheid, misselijkheid, flauwvallen, pijn op de borst of tintelingen rond de mond en handen.
Hyperventilatie kan leiden tot gevoelens van angst, wat ertoe kan leiden dat je bepaalde situaties, zoals het openbaar vervoer, gaat vermijden. De oorzaak van hyperventilatie ligt vaak in stress, spanningen, psychische druk, verkeerde ademgewoonten of te snel en zonder pauze spreken.
Tijdens de behandeling krijg je inzicht in de onderliggende problemen en leer je een adempatroon te ontwikkelen dat je voornamelijk in rust en bij spreken kunt toepassen. Daarnaast wordt geleerd hoe je een hyperventilatie-aanval kunt voorkomen of afbreken.


COPD en astma
Astma en COPD hebben beide te maken met ontstekingen in de luchtwegen, maar de oorzaken verschillen. Bij COPD zijn de luchtwegen vernauwd door schade, vaak door roken. De oorzaak van astma is nog niet precies bekend, al zijn er factoren zoals familiegeschiedenis of allergieën die het risico vergroten. Slijmaanmaak en irritaties aan de luchtwegen zorgen voor kortademigheid, benauwdheid en hoesten.
Beide aandoeningen leiden tot het gevoel van te weinig lucht krijgen. Er wordt vaak en duidelijk hoorbaar ingeademd, en soms ook op onlogische momenten tijdens het praten. Het spreken is hierdoor moeilijker te verstaan. Logopedie richt zich op het omgaan met de eigen longinhoud, het aanpassen van de ademverdeling aan verschillende situaties en het bieden van technieken voor benauwdheid. Hoewel astma en COPD niet te genezen zijn, kan het wel helpen de belemmeringen die deze aandoeningen veroorzaken te verminderen.
Ademhaling tijdens het spreken
De ademhaling en het stemgebruik moeten tijdens het spreken goed gecoördineerd worden. Soms raakt dit, ook zonder medische oorzaak uit balans. Het kan zijn dat je langer spreekt dan dat er lucht voor is. Meestal volgt daarna een gespannen en hoorbare manier van inademen om weer voldoende lucht te krijgen.
Als je verkeerd ademhaalt tijdens het praten, kan dit erg vermoeiend zijn. Je kunt buiten adem raken als je iets aan het vertellen bent, het gevoel hebben dat je een brok in de keel hebt of overmatig lucht moeten opboeren als je praat. Er wordt gewerkt aan bewustwording van het adempatroon. Er wordt geleerd wat er gebeurt tijdens het ademen in rust en tijdens het spreken. Er wordt gewerkt met adem- en ontspanningstherapie zodat een functioneel en evenwichtig adempatroon in rust en tijdens spreken mogelijk kan worden. Dan zullen de klachten afnemen.

Spanning in hoofd-halsgebied
Het komt regelmatig voor dat mensen het gevoel hebben dat er 'iets' in hun keel zit. Dit wordt het brok- of globusgevoel genoemd en is meestal onschuldig.
Het gevoel bevindt zich meestal in het strottenhoofd, waardoor mensen geneigd zijn om te schrapen of vaker te slikken. Dit zorgt ervoor dat de spieren in de keel en hals te veel aanspannen, wat het brokgevoel kan versterken. In sommige gevallen gaat dit gevoel gepaard met het idee van veel slijm in de keel of het gevoel dat er iets vastzit. De keel kan ook pijnlijk of branderig aanvoelen, en soms klinkt de stem schor of hees. In deze gevallen is het raadzaam om de huisarts te raadplegen.
Het globusgevoel komt vaak voor in perioden van stress, spanning of onverwerkte emoties. De angst voor een ernstige aandoening kan het gevoel verergeren. Meestal verdwijnt het gevoel vanzelf nadat je gerustgesteld bent door een arts of specialist.
De behandeling richt zich op het verminderen van de spanning in de spieren van het hoofd- en halsgebied.
Om dit te verhelpen kunnen we manuele facilitatie van de larynx (MFL) toepassen. Een methode waarbij we de hals masseren waardoor slikken en spreken gemakkelijker worden. Daarnaast zijn er oefeningen en adviezen om de keel- en halsspieren beter te ontspannen. Als het brokgevoel gepaard gaat met stemproblemen, kan de logopedist je leren om de stem op de juiste manier te gebruiken.


Slikken
Een slikstoornis is geen ziekte, maar het gevolg van een aandoening. Denk aan hersenletsel door bijvoorbeeld een beroerte of een ongeval. Een aandoening van het zenuwstelsel zoals Parkinson of ALS. Een operatie in het hoofd- en halsgebied bijvoorbeeld als gevolg van slokdarmkanker. Of langdurig verblijf aan de beademing op de IC. Het kan zijn dat kauwen of slikken niet goed gaat, of dat voedsel blijft hangen in de mond of keel. Verslikken kan ook voorkomen, waarbij eten of drinken in de luchtpijp komt en hoesten nodig is om het eruit te krijgen.
Slikstoornissen kunnen lichamelijke en sociale gevolgen hebben. Lichamelijk kan verslikken leiden tot longontsteking. Dit gebeurt als voedsel of drinken in de longen blijft, wat bacteriën kan veroorzaken. Sociaal kan het plezier in eten verminderen, of het uit eten gaan in een restaurant moeilijker worden.
Bij een slikonderzoek wordt de oorzaak gezocht van de slikproblemen. Soms wordt een KNO-arts of radioloog ingeschakeld. Als de oorzaak duidelijk is, kan behandeling worden gestart. Er wordt geleerd hoe verslikken en hoesten kan worden vermeden en er worden adviezen gegeven over houding, het type voedsel en hoe het in te nemen.
Parkinson
De ziekte van Parkinson is een neurologische aandoening die zorgt voor bewegingsproblemen, zoals beven, spierstijfheid en traagheid in bewegingen. Het is een progressieve ziekte die niet te genezen is. Naast de motorische problemen kan ook het spreken moeilijker worden. De ademhaling en stem kunnen verzwakken, en door stijve gezichtsspieren wordt de uitspraak minder duidelijk. Het spreken kan zachter, monotoon en sneller worden, wat de verstaanbaarheid vermindert. Ook eten en drinken kunnen moeilijk zijn. Het kauwen wordt zwakker en de patiënt kan zich sneller verslikken. Soms wordt speeksel niet goed doorgeslikt, wat kan leiden tot speekselverlies.
Het doel van de behandeling is de communicatie en verstaanbaarheid te verbeteren en het slikken veilig te laten verlopen. Middels de Pitch Limiting Voice Treatment worden oefeningen gegeven voor adem, stem, uitspraak en tempo. Ook worden adviezen gegeven om eten en drinken beter te laten verlopen.
Als verbetering niet mogelijk is, kunnen in samenwerking met de ergotherapeut en diëtist hulpmiddelen worden aanbevolen, zoals aangepast bestek, communicatiehulpmiddelen of aangepaste voeding.
De omgeving van de patiënt wordt nauw bij de behandeling betrokken. Een verwijzing door een arts is nodig. Indien nodig kan op verwijzing behandeling aan huis plaatsvinden. Voor meer informatie, zie www.parkinson-vereniging.nl en www.parkinsonnet.nl
Carin is als behandelaar van Parkinson aangesloten bij ParkinsonNet.
